Radijs

Radijs als betaalmiddel in Egypte

Geschiedenis: Sinds jaar en dag is de Raphanus sativus – oftewel de radijs – op de Warmoes te vinden. Hoewel deze groentesoort niet uit de Nederlandse keuken is weg te denken, vindt deze zijn oorsprong een stuk verder weg. De Romeinen en de oude Grieken hielden al van deze kleine groente met zijn scherpe smaak en 3.000 jaar geleden waren de Chinezen al met de radijs bekend. Ook in het oude Egypte was hij geliefd en werd hij geteeld. Daar was de groente zo waardevol, dat de Farao’s de bouwers van de piramiden ermee betaalden. In tempels zijn zelfs beeldjes van de radijs gevonden. In Europa verscheen de radijs pas eeuwen later, zo rond de 16 eeuw.

Gebruik: De radijs kent verschillende rassen. De bekendste is de rode en ronde radijs, maar er zijn ook witte, rood-witte, halflange en lange soorten te vinden. Met een beetje geluk zelfs gele, roze en paarse exemplaren. De radijs – die tot de koolfamilie behoort – wordt vooral geteeld voor zijn bol net boven de wortel en heeft een scherpe, peperachtige smaak. Vaak wordt hij rauw gegeten, bijvoorbeeld in dunne plakjes op brood, in een salade of als snack met een dipsausje. Radijs met een beetje boter en wat zout is een klassieke combinatie. Radijzen kan je ook goed stoven, stomen en roerbakken. Ook ingemaakt is hij erg lekker. Dat is niet zo gek, als je bedenkt dat de radijs familie van daikon en rettich is.

Teelt: De teelt van radijsjes staat bekend als zeer gemakkelijk, zelfs voor de beginnende warmoezenier. Hij stelt namelijk weinig eisen aan de bodem of de grondsoort. Zaai de radijs in het voorjaar in rijen op een zonnige plek, het liefst als er geen nachtvorst meer is (of een beetje beschutten bij nachtvorst). Na een paar weken kan je de eerste radijsjes al oogsten. Vaak steken de bolletjes al een stukje boven de grond uit. Na het oogsten kan je het beste direct het loof eraf snijden. Zo behoud je de smaak optimaal. Oorspronkelijk was radijs een echt voorjaarsgewas. Tegenwoordig zijn er ook rassen die je in de zomer, herfst en winter kan telen.

Bij Warmoes: We telen bij de Warmoes verschillende soorten radijzen, waaronder de cherry belle, de french breakfast en de ijskegel. We serveren ze met regelmaat in salades en als garnituur in ons lunchcafé. We maken ook radijsjes in op zoetzuur in hele dunne plekjes, erg mooi voor bij de lunch. Doordat het rode van de radijs in het zuur trekt wordt het vruchtvlees van de radijs helemaal rose wat ook mooi voor het oog is. Ook zijn de bosjes radijs natuurlijk in ons winkeltje te koop, vooral in het voorjaar en de vroege zomer.