Sla

De Romeinen hielden al van een blaadje sla

Geschiedenis In het oude Egypte werd al sla gekweekt vanwege de olierijke zaden. De oude Grieken en Romeinen gebruikten later ook de bladeren van de plant voor medicinale doeleinden. Deze zouden gunstig zijn voor o.a. de nachtrust en de spijsvertering. De bladeren waren toen nog erg hard en bitter en werden daarom gekookt gegeten. De ‘Romeine sla’ zoals we die nu kennen is een afstammeling van hiervan. In de 17e eeuw werden met name door boeren in Nederland, Frankrijk en Italië variëteiten gekweekt waarvan de bladeren zachter waren en geschikt om rauw te eten. In de 20e eeuw werd de ijsbergsla ontwikkeld omdat er behoefte was aan een slasoort die beter en makkelijker houdbaar was en daardoor meer geschikt om te verschepen.

Gebruik Sla die in kropvorm groeit noemen we kropsla en deze wordt over het algemeen rauw gegeten. Er zijn veel soorten kropsla, zoals de botersla, zo genoemd vanwege de malse bladeren met een boterzachte smaak, ijsbergsla, krulsla en eikenbladsla. De meer stevige soorten als de little gem is ook geroosterd heel lekker en de romana sla (ook wel romaine of bindsla) is ideaal om te stoven.
Pluksla is anders dan de kropsla, doordat deze slasoort losse bladeren vormt die jong worden plukt. De blaadjes zijn erg mals, en kunnen het beste dezelfde dag vers gegeten worden, omdat ze snel slap worden.

Teelt Sla is een makkelijk te telen groente die het grootste deel van het jaar gezaaid en geoogst kan worden. Bij vorst moeten de planten wel beschermd worden. Pluksla kan heel goed tegen kou en kan daarom ook in het najaar (in de kas tot eind januari) en de vroege lente geoogst worden. Doordat alleen de jonge blaadjes geplukt worden blijft vanuit het hart steeds nieuwe blaadjes aan groeien, waardoor er maandenlang van een plantje geoogst kan worden. Als het te warm wordt of op een te zonnige plaats staat kan sla gemakkelijk doorschieten en zaden gaan maken. Door de sla voor te zaaien en ze uit te planten als de kropjes al wat groter zijn worden ze weerbaarder tegen slakkenvraat.

Bij de Warmoes Wij telen bij Warmoes verschillende soorten kropsla en pluksla: Twellose gele, wonder der vier jaargetijden, kropsla, pluksla cocarde, red salad bowl en salad bowl eikenbladsla , lollo rosso en lolo bionda krulsla. Vaak mengen we onze slasoorten voor de verkoop en verkopen deze als slamix in zakken in ons winkeltje. In de slamix zit dan naast sla ook vaak rucola, raapsteel, spinazie, oost indische kers blad, bladmosterd en enkele eetbare bloemen. In ons tuincafe gebruiken wij het hele jaar rond sla uit de (broei)bakken, kas of van de akkers.